Saartje is niet meer.
Tenminste, niet op de plek waar ze jaren was. Vertrouwd, achter de bibliotheek pal naast de mast waarvandaan op iedere eerste maandag van de maand het afschuwelijk gejank van het luchtalarm kwam.
Deze mast is al maanden geleden ontmanteld. Geveld omdat hij geen enkel ander nut meer diende dan het laten weergalmen van het alarm. Misschien had Saartje geklaagd en was daarom de hoge stalen reus neergehaald. Misschien waren er bebrilde bibliothecaressen die meermaals het alarm hadden verfoeid omdat het de serene rust die er tussen de boekenkasten in de bieb heerste verstoorde.
Saartje heeft het hoofd moeten bieden aan shovel en sloophamer.
Gehelmde mannen hebben in geen tijd korte metten gemaakt met het kneuterige pandje dat zo verscholen ging in het groen, maar waar kindertjes het er opperbest naar hun zin leken te hebben.
Meermaals als ik daar met Hummer liep, kleefden peuters aan het hek om zich te vergapen aan mijn driekleurige vriend met zijn parmantige krulstaart. Ik kon niet anders dan even stilstaan daar. Wanneer Hummer braaf naast mij kwam zitten klonken er steevast enthousiaste kinderstemmetjes die me naar de hond zijn naam vroegen. Kennelijk was het weten van de naam alleen niet genoeg. Luidkeels werd zijn naam gescandeerd en zelfs de juf van dienst kwam zich geregeld ertegen aan bemoeien: “Roep hem maar!” … “Meneer, kan de hond ook kunstjes?” Enigszins overvallen door de vraag of Hummer een circusact ten beste zou kunnen geven liet ik hem mij zijn tennisbal geven. Het kleinood dat hij steevast in zijn bek met zich meedraagt is eigenlijk te ranzig om aan te pakken, maar voor het oog van juf en peuters kon ik het niet maken dat te laten merken. Om de sfeer iets spannender te maken maande ik de kinderen tot stilte. Alleen dan zou Hummer zich kunnen concentreren op de truc die komen zou.
Wanneer ik de tennisbal achter mijn rug houd begint Hummer enigszins opgewonden zijn kop heen en weer te bewegen. Van links naar rechts in de kennelijke overtuiging verkerend de bal te kunnen volgen die ik in mijn handen heen en weer laat gaan. Als ik na een schijnbeweging te hebben gemaakt hem de bal toegooi weet hij feilloos van welke kant hij de bal kan verwachten en vangt hem. Het gejuich is niet van de lucht en met een lichte buiging neem ik afscheid van ons publiek.
Saartje is er niet meer.
Niet meer daar.
We moeten op zoek naar nieuw publiek.
Misschien kunnen we in de bieb terecht?
Hans Peter van Rietschoten
Joyce Benders-de Jong Mireille Kiel Manouk RB Suzanne Kiel Kim Van Ekelen Leonie van Zetten Marieke Kuiper-Bok Jill Brunings Lizanne Gevelaar-Bulder Hüseyin Seyma Yildirim Melanie onze oude pandje 😱 😄🐶
Omg zo schattig…t was Kim Van Ekelen toch die dat met hummer regelde haha
Geweldig..
Meneer..we zijn een stukje verderop en kom nog maar gezellig langs wandelen hoor…🐕
Waar zitten jullie dan nu?
Daar waar mijn carrière als pedagogische medewerker in vorm van stage begon! Daar waar ik heel veel geleerd heb. En ik met een ontzettend grote glimlach op terug kijk!! 🙋🏼dag😢
Loreen 😊
Het was een “noodpand” wat veel sfeer had een gezellige speelplek voor de kinderen en de “juffies”.
Geweldig!