Eerder nog roemde ik onze burgemeester als ware burgervader en die mening ben ik nog steeds toegedaan. Jammer dat hij binnenkort onze provincie zal verruilen voor Zuid-Holland waar hij zijn kwaliteiten mag tonen ten dienste van de gemeente Den Haag. Zijn leiderschap en daadkracht zullen ook daar hem van pas komen. De benaderbaarheid die ik mocht ondervinden siert hem en zijn fenomenaal geheugen voor gebeurtenissen en gezichten zijn bijzondere eigenschappen, die hem altijd van pas kunnen komen bij het uitoefenen van zijn ambt.
Langs de Vikingrijn in het Máximapark staan bomen die mij iedere keer als ik er ben weer even aan hem doen herinneren. Niet enkel het planten van de bomen roept herinneringen bij me op, maar ook bijvoorbeeld zijn optreden toen hij het Máximapark tot vuurwerkvrije zone verklaarde. Uit zijn hand kreeg ik een glas bubbels aangereikt en hij was het die de oliebollen presenteerde. Zijn toespraken bij het opspelden van de Koninklijke onderscheidingen voor bijzondere verdiensten bij mijn mede parkvrijwilligers waren hilarisch en ontlokte mij de uitspraak: “wanneer deze man hier in Utrecht burgemeester af is, kan hij altijd nog conferencier worden,” toen uiteraard niet wetend dat we hem zo snel na zijn herbenoeming zouden kwijtraken aan Den Haag.
Zijn herbenoeming voor weer zes jaar ontlokte mij een klein applaus. Deze man is benaderbaar als mens en als burgemeester bovenal verdienstelijk bestuurder. Hij schroomt niet zijn inwoners telefonisch zijn medeleven te betonen wanneer de situatie daarom vraagt. Na de verschrikkelijke tramramp nam hij contact op met slachtoffers en nabestaanden en tijdens de nu nog heersende crisis ten gevolge van het voortwoekerende coronavirus steekt hij patiënten persoonlijk een hart onder de riem.
Den Haag mag zich gelukkig prijzen met de komst van Jan van Zanen, Utrecht zal even adempauze moeten nemen om zich te herpakken na dit verlies. Met zijn achtergrond is Den Haag misschien een aardige opstap voor een plek in het landelijke bestuursorgaan. Het zou hem niet misstaan.
Geschreven door Hans Peter van Rietschoten