Net als een flink aantal van oorsprong niet Nederlandse planten, invasieve exoten, zijn er ook dieren uit alle geledingen van het dierenrijk die zich in ons land lijken thuis te voelen. De Amerikaanse rivierkreeft is er zo een. Volgens er op nageslagen literatuur, NOS.nl, zijn deze waterdiertjes al meer dan dertig jaar geleden voor het eerst waargenomen in Nederlandse wateren. In drie decennia heeft de soort zich ontpopt als ondier waar weinig plezier aan te beleven valt.
Ze zien er wat onbeholpen uit wanneer ze een straat oversteken of zich ophouden aan de kant van een sloot of ander stilstaand water. Maar, schijn bedriegt. De invasie van deze exoot lijkt niet aan banden te leggen en dreigt een ramp te worden voor het ecologisch systeem en niet in de laatste plaats voor de walkanten waarin ze gaten graven en daardoor schade aanrichten. Hoewel de kreeft in het algemeen en de kleine Amerikaanse rivierbewoner in het bijzonder als delicatesse geldt, is er niemand opgestaan die voltijd jacht op ze maakt, waardoor ze zich in rap tempo kunnen voortplanten.
Door hun afkomst zijn er in ons land nauwelijks natuurlijke vijanden, al worden met enige regelmaat leeggegeten schildjes gevonden. Dit duidt erop dat er toch vogels zijn die een hapje kreeft niet kunnen weerstaan. De kreeft is in groten getale in Nederlands water vertegenwoordigd en heeft het er naar de zin. In onze regio voelen de dieren zich ook thuis. Van de Vikingrijn in het Máximapark tot de Strijkviertel plas, van de Oude Rijn tot de Haarrijnseplas hebben ze zich gevestigd.
Wie zin heeft in een maaltje rivierkreeft: ze zijn eetbaar en volgens een artikel van RTL-nieuws uit augustus 2019: “Nu mogen particulieren volgens de Visserijwet alleen op kreeften vissen met daarvoor toegestane middelen, oftewel een hengel.” Of een kreeft zich daadwerkelijk laat vangen met een hengel is maar de vraag en voor een lekker maaltje is dus heel veel geduld nodig.
Goede vangst en eet smakelijk.
In de strijd tegen de oprukkende kreeft is een team (taskforce) in oprichting waarin waterschappen en gemeenten en de Wageningen universiteit zijn vertegenwoordigd.