Het oliefilter maakt deel uit van het smeersysteem in de auto. De smering minimaliseert de wrijving van de bewegende motoronderdelen. Ook de beste motorolie kan echter slijtage niet volledig verhinderen, aangezien in aandrijfmechanismen extreem kleine toleranties van toepassing zijn. Ultra-kleine metaaldeeltjes slijten af en komen in de olie terecht. Het oliefilter zeeft deze eruit om te verhinderen dat ze als schuurpapier op de onderdelen inwerken. Dit verhoogt de functionaliteit en de houdbaarheid van de aandrijvende onderdelen.
Interval
Bij het oliefilter onderscheiden we tussen patronen (cartouches), die in de reeds aanwezige behuizing worden geplaatst, en opschroefbare filters. Het filter moet ongeveer elke 15.000 – 30.000 km samen met de motorolie worden ververst. Factoren zoals veel starten en stoppen, lage temperaturen, ongeschikte brandstof of veel stof in de lucht kunnen de levensduur van het oliefilter en van de olie aanzienlijk verkorten. Vroegtijdige vervanging kan sowieso nooit kwaad. Hoogpresterende auto’s moeten nauwgezet van onderhoud worden voorzien. Heeft een motor chiptuning of andere wijzigingen ondergaan of is de turbolader veranderd, moeten olie en filter vaker worden ververst, dan voorgeschreven. Een bedreven tuner is zich hiervan goed bewust.
Symptomen
Een overschreden gebruiksduur, versleten afdichtingselementen, beschadiging van de behuizing of het gebruik van minderwaardige olie veroorzaken defecten aan het oliefilter. Symptomen waarop dient te worden gelet:
- Olievlekken onder de auto wanneer deze langer heeft stilgestaan
- Het oliedruklampje op het dashboard floept aan bij het starten
- De filterbehuizing staat bol
- De motor oververhit gemakkelijker
- Het olieverbruik stijgt duidelijk
Wanneer de problemen veronachtzaamd worden, kan motorschade het gevolg zijn. Bij het wegvallen van smering kan motorschade het einde van de auto betekenen, aangezien de daardoor ontstane schade een dermate dure reparatie vereist, dat deze niet meer economisch verantwoord is.
Stappenplan
Vervanging van het oliefilter en verversing van de olie is onderhoud, dat in principe iedere autobezitter eigenhandig kan uitvoeren. Zorgvuldigheid is vereist in de omgang met een werkstof als motorolie. Werk bij de vervanging in stappen:
Breng de auto op werkingstemperatuur – laat de motor enkele minuten draaien. Vuildeeltjes, die zich hebben afgezet, gaan drijven in de olie en worden bij verversing effectief verwijderd.
Auto opheffen – Schakel de motor uit, open de motorkap en schroef de kap van de vulhals af. Wanneer je geen oprijbok of hefbrug hebt, krik de auto op en zeker de wagen met kriksteunen.
Olie aftappen – Lokaliseer onder de auto de aftapschroef van het oliecarter. Bij een aantal auto’s is voor het openen speciaal gereedschap nodig. Vaak lukt het met een steeksleutel. Laat de olie net zo lang uit het carter in een opvangbekken lopen, totdat deze niet meer druppelt. Draai de aftapschroef dicht en laat de auto zakken.
Het oude oliefilter verwijderen – Al naargelang verschillende filtertypen verschilt de procedure. Voor filterpatronen die in een vaste behuizing zitten, is vaak een speciale oliefiltersleutel nodig. Een opschroeffilter draai je met het juiste gereedschap langzaam tegen de klok in los. Neem hem samen met de dichtingsring, die ook wordt vervangen, eruit. Maak het opschroefgedeelte met een lap schoon. Verwijder olieresten van de plek waar de nieuwe dichtingsring wordt geplaatst.
Nieuw filter plaatsen – Smeer de contactoppervlakken en de nieuwe dichtingsring met wat olie in. Giet wat olie in het filter en monteer deze vervolgens. Met de hand vastdraaien is voldoende. Het aanhalen zou makkelijk moeten gaan. Wanneer je weerstand voelt, heb je scheef gedraaid. Je kunt voor de montage ook de filtersleutel gebruiken.
Nieuwe olie toevoegen – Krik de auto weer op. Maak de oude aftapschroef los, reinig het aftapgat met een lap en schroef een nieuwe aftapschroef met dichtingsring erin. Laat de auto zakken. Giet verse olie in de vulhals, totdat de bovenste markering van de oliepeilstok is bereikt. Draai de kap erop. Start de motor en laat deze enkele minuten draaien. Wanneer het oliefilter goed gemonteerd is, lekt er geen olie. Check het oliepeil nogmaals en vul eventueel wat olie bij.
Tot slot
Zelf het oliefilter vervangen en de olie verversen is uiteraard goedkoper dan in de garage. Wel beschikt de vakwerkplaats over de juiste wijzen voor het weggooien van olie en filter. Lever dit afval in bij een recyclepunt. Dit is geen vuilnis dat je met het huishoudelijke afval meegeeft.
Bron van informatie: